ALBLASSERDAM – Een 41-jarige man uit Alblasserdam is door de rechtbank in Dordrecht veroordeeld tot een week voorwaardelijke gevangenisstraf. De Alblasserdammer heeft zich volgens de politierechter schuldig gemaakt aan het mishandelen van zijn vader. Dit gebeurde op 23 januari 2013 in Barendrecht. De vader van A. B. deed in eerste instantie aangifte omdat hij met gebalde vuist in zijn gezicht zou zijn gestompt. In de rechtbank trok de 68-jarige man die verklaring in en zei: “Er was geen mishandeling, maar er was ruzie. Uit pure wanhoop heb ik aangifte gedaan, omdat mij werd verteld dat mijn zoon dan eindelijk hulp zou krijgen.”
Paaltje
De ruzie ontstond, nadat de vader zag dat zijn alcoholverslaafde zoon wéér bier pakte. “Ik wilde dat mijn zoon zou stoppen met drinken. Hij had die avond al weer zo veel alcohol op. We kregen ruzie en ineens lagen we te rollen in de achtertuin. Ik kwam, zo besefte ik me later, op een paaltje terecht. Eerst dacht ik dat hij me geslagen had. Om hem uit huis te krijgen en hulp te laten krijgen, moest ik aangifte doen. Dat heb ik gedaan,” aldus de vader. “Er is die avond geduwd en getrokken, maar er is niet geslagen,” vulde B. zijn vader aan.
Hooggevoelig
B. is hooggevoelig en stelt dat hij op emotioneel vlak hulp nodig heeft. “Ik ben hooggevoelig en heb een angst -en paniekstoornis. Acht jaar geleden is mijn moeder overleden. Daar ben ik nooit overheen gekomen. Vier jaar geleden ben ik gescheiden. Door die terugval ben ik weer veel gaan drinken. Bij de GGZ willen ze me niet helpen, omdat het geen stoornis zou zijn.”
Twee weken
De officier van justitie vond dat de Alblasserdammer, ondanks al zijn persoonlijke problemen en het verhaal van zijn vader, toch schuldig is en eiste een gevangenisstraf van twee weken met een proeftijd van twee jaar.
Één week
De rechtbank vond ook dat de man schuldig is. De politierechter zei: “U hebt inderdaad veel problemen, maar kunt die niet botvieren op andere mensen. Een mishandeling van een vader is niet niks. Ik leg u daarom een voorwaardelijke gevangenisstraf van één week, met een proeftijd van twee jaar op. Dat betekent dat u niets van deze straf merkt, als u zich de komende twee jaar goed gedraagt. Deze straf is er voor bedoeld dat er een lampje in uw hoofd gaat branden als het weer mis dreigt te gaan.”
Niet in beroep
Doordat het Openbaar Ministerie en de Damdorper niet in hoger beroep gaan, is de straf definitief.
Reacties