ALBLASSERDAM – Bij het oorlogsmonument in de Polderstraat in Alblasserdam hebben donderdag 4 mei 2017 enkele honderden Alblasserdammers, van alle generaties, stilgestaan bij alle burgers en militairen die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld in oorlogssituaties en bij vredesmissies zijn omgekomen of vermoord sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.

De dodenherdenking begon met een herdenkingsdienst in Landvast. Even na 19.30 uur vertrok een ‘Stille tocht’ vanaf het Raadhuisplein naar het oorlogsmonument in de Polderstraat.

Stille tocht
De stoet werd begeleid door tamboers van muziekvereniging Soli Deo Gloria. Daarachter liepen de kransdragers van de Scouting Alblasserdam. Zij werden gevolgd door de burgemeester, leden van het 4 mei comité, veteranen, leerlingen van basisschool De Twijn, leden van het gemeentebestuur, leden van de jeugdgemeenteraad, overige scouts en alle verdere belangstellenden.

Stilte
Even voordat de klok van de Grote Kerk acht uur sloeg, werd het trompetsignaal ‘stilte’ geblazen en herdachten de Alblasserdammers twee minuten lang de burgers en de militairen die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, in oorlogssituaties en bij vredesmissies.

Kransleggen
Na de twee minuten stilte werden de coupletten één en zes van het Wilhelmus gezongen, waarna burgemeester Jaap Paans een toespraak hield en kinderen van De Twijn de namen van de slachtoffers voorlazen. De herdenking werd afgesloten met de voordracht van een gedicht en het leggen van de kransen.

De toespraak van de burgemeester:

VRIJHEID IS KWETSBAAR; VRIJHEID GEEF JE DOOR !
Op 17 september 1943 ontvangt familie De Jong uit Alblasserdam een brief van Jacobus Broekhuijsen uit kamp Vught. Hij vertelt dat hij het goed maakt, gezond is en als chef in de kledingwerkplaats in het kamp werkt. Sinds 6 juni 1943 heeft hij zijn lieve vrouw en kind niet meer gezien. Jacobus is getrouwd met de eveneens Joodse Schoontje. Samen hebben zij een pleegzoon: Salomon die een aantal maanden is ondergedoken en opgevangen door familie De Jong op Scheepsbouwplein 4, hier in Alblasserdam.

Twee maanden na de bevrijding, op 16 juli 1945, schrijft Marcus Knorringa, de oom van Salomon, een brief aan de familie De Jong waarin hij de familie dankt voor de hulp. Met zijn vrouw en 3 kinderen zijn ze de oorlog goed doorgekomen. Salomon, Jacobus en Schoontje keren niet terug. Op 7 juni 1943 zijn alle Joodse kinderen van 4 tot 16 jaar van kamp Vught  op transport gegaan naar kamp Westerbork.

Eén van de ouders moet mee, maar de ouder die in het kamp werkt blijft achter. Bij  de familie Broekhuijsen bleef vader dus achter in kamp Vught. Salomon en zijn moeder zijn op transport naar kamp Westerbork gegaan. In de vroege ochtend van 8 juni komt de trein aan in kamp Westerbork. De gevangenen worden geregistreerd. Bijna allemaal stappen ze direct weer in een gereedstaande trein. Ook Salomon en Schoontje. De trein vertrekt later die dag met ruim 3000 mensen naar Sobibor. Na een reis van drie dagen wordt iedereen, die met deze trein in Sobibor aankomt direct vermoord. 3017 Joodse kinderen en hun vader of moeder komen om.

Op 4 mei herdenken wij burgers en militairen die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, in oorlogssituaties en bij vredesmissies. Vrijheid is kwetsbaar. Voor onze vrijheid is een hoge prijs betaald. Onze vrijheden, onze rechten én onze plichten zijn zwaar bevochten. Nu weten we niet beter dan dat ze vanzelfsprekend zijn. Onze vrijheden, rechten en plichten liggen vast in Grondwet, Verdrag van Rome en in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.

Precies 1 jaar nadat wij de gevallenen herdachten kijken we opnieuw terug. Dit doen we nu voor het 72e jaar. In de afgelopen 365 dagen was de vrijheid iedere dag weer kwetsbaar. Aanslagen, oorlogshandelingen, wraakzucht, dood en verderf waren helaas wekelijks – soms zelfs dagelijks – openingsnieuws. Het vrije woord werd  een wapen. Naast feiten ontwikkelen zich alternatieve feiten. Social media zijn dagelijks het toneel van een verbale woordenstrijd.

Democratische rechten zijn onderwerp van twist. Gekozen leiders staan al ter discussie, nog voordat zij gehandeld hebben. Twijfel wordt gezaaid of vrije keuzes nog wel vrije keuzes zijn. Vrijheid is kwetsbaar.

In Alblasserdam geven we vrijheid door. Aan de kinderen van nu. Dit jaar de leerlingen van de groepen 8 van IKC De Twijn. Jullie adopteerden deze plek en geven vrijheid door aan allen die na ons komen. Jong én oud! In Alblasserdam eren we hen, die tussen 1940 en vandaag de hoogste prijs betaalden in de ongelijke strijd die oorlog heet. 59 slachtoffers: 59 namen met 59 gezichten en 59 families. Hun verdriet is het gedeeld verdriet van Alblasserdam. 51 Alblasserdammers en 8 niet-Alblasserdammers. Wij herdenken het hoogste offer dat zij brachten, door te zijn wie zij waren. Inwoners: vader, moeder, kind.

In steen gebeiteld vinden wij de namen op dit monument. Leerlingen van De Twijn lezen ons nu die namen voor. Opdat wij hen nooit vergeten. Alblasserdammers met een verhaal, een gezicht, een familie: Aafjes, soldaat ~ T. van Asperen ~ J. Erkelens ~ A. den Boef ~ J.C. Bosman ~ W. Engelsman ~ J. van Es ~ F. Gort ~ J. Gort ~ H. Gort-Romijn ~ H.J. de Haan ~ W.J. Hardam ~ G. de Jong ~ C. de Jong ~ D. de Jong ~ K. de Jong ~ J.M. Herlaar ~ A. Kapoen ~ H. Keesmaat-’t Hoen ~ M. Keesmaat ~ W. Keesmaat, Willem ~ W. Keesmaat, Wijntje ~ J.C. Kolff ~ J. Korteweg ~ G. de Lange-Roosenberg ~ J.C. De Lange ~ J. van der Linden ~ D. van der Linden van Vlissingen ~ N.C. Luthart-Roos ~ J. Mes – den Boer ~ H. Ruiter ~ N.G. Schagen- Spruijtenburg ~ C.A. Schagen-Gort ~ H.J. Schagen ~ A.R. Schagen ~ G. Schagen ~ J. Schagen ~ N. Schagen ~ C. Spek ~ A.G. Smit ~ C.F. Smit ~ R. Smit ~ G. Stout ~ B. Teerds-Fiole ~ L.M. Terlouw, sergeant ~ J. Veen ~ W.B. van der Velden ~ J. Verhoeven ~ N. Verloop ~ J. Verloop ~ C.B. Vogelesang

Stil staan we ook bij soldaat J. Jonges, postuum ontvanger van de Bronzen Leeuw. Net als hij, lieten zeven andere niet-ingezetenen in Alblasserdam het leven: sergeant A.J. Denissen, soldaat J.H. van Gurp, vaandrig P.J. Huibers, soldaat K.J. Loomans, soldaat L. Manintveld, luitenant P.H. Sluiter en Flight Lieutenant J.N.C.M.J. Vandaele.

Vandaag brengen we ook een eerbetoon aan de Alblasserdammers, die na de Tweede Wereldoorlog in dienst van Volk en Vaderland in Nederlands Indië het leven lieten tussen 1945 en 1950. Wij herdenken J. Stierman, D. de Kok en J.F.G. Baas.

Vrijheid is kwetsbaar. Vrijheid geef je door. Door gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog in herinnering te brengen. Door verhalen uit de oorlogsjaren over te dragen. Van mens tot mens; van ouder op kind. De kracht van het persoonlijke verhaal is het thema van de dodenherdenking dit jaar. Zo ga ik met u terug naar het verhaal van Salomon Broekhuijsen en de Alblasserdamse familie De Jong.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog woonde Salomon Broekhuijsen in 1942 enkele maanden bij hen als onderduiker. Nadat Salomon eind 1942 weer terug ging naar zijn ouders, bleven de beide families elkaar schrijven. Een deel van deze brieven vinden we terug in het archief van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Net als vele andere Joden in Amsterdam krijgen Salomon en zijn ouders te maken met de maatregelen tegen Joden tijdens de oorlog.

Vanaf het voorjaar van 1941 mogen ze op veel plekken niet meer komen. Salomon moet in september 1941 naar een andere school speciaal voor Joden. Vanaf mei 1942 moeten hij en zijn ouders de Jodenster op hun kleding dragen. De zaak van zijn vader krijgt een andere eigenaar. Wanneer in juli 1942 in Amsterdam de eerste grote groepen Joden zich moeten melden, besluiten meneer en mevrouw Broekhuijsen om Salomon te laten onderduiken. Salomon komt bij de familie de Jong in Alblasserdam  en krijgt een schuilnaam: Jan. Meneer en mevrouw De Jong noemde hij ‘oom en tante’.

In een brief van 26 december 1942 aan meneer en mevrouw De Jong in Alblasserdam schrijft Jacobus Broekhuijsen dat het sinds half december “het weghalen der menschen gelukkig rustig is”. Maar er zijn geruchten dat er in januari nieuwe razzia’s zullen volgen. Vertrouwend op zijn geloof voegt hij eraan toe: “Moge de Algoede deze voornemens afwenden, alleen is immers Hij daartoe in staat”. In de brief feliciteert hij het echtpaar De Jong met hun 12,5 jarig huwelijk, bedankt ze voor het opgestuurde pakket en de voedselbonnen.

Tot besluit vraagt hij ze om de spulletjes die ze nog van Jan hebben, zoals de toverlantaarn, spoedig terug te sturen. Verder spreekt hij de hoop uit dat er spoedig weer vrede mag zijn. Een brief van 7 maart 1943 aan de familie De Jong begint met een stukje van Salomon zelf:  “Het is nu alweer een tijdje geleden dat ik u een paar woordjes geschreven heb. Allereerst hoop ik dat u allen gezond bent. Gelukkig is Jantje dat ook. Ik denk nog heel vaak aan u. Wat vond ik het altijd gezellig met de kinderen te kunnen spelen. Is Gijs nog altijd zo lief? Ik ga nu mijn nachtgebedje zeggen en wens u welterusten. Vele kusjes van uw dankbare Jan”.

De sterfdatum van Salomon Broekhuijsen en Schoontje Broekhuijsen-Ossendrijver is 11 juni 1943. Salomon is dan 8 jaar oud. Vijf maanden later, op 15 november 1943, is er vanuit kamp Vught een rechtstreeks transport met 1169 mensen naar Auschwitz. Alle gevangenen die in Vught in de textielindustrie werken gaan met dit transport mee. Ook Jacobus Broekhuijsen. Hij wordt gedood in het kamp op 31 januari 1944.

Vandaag herdenken wij via de gastvrijheid van familie De Jong het onrecht wat Joden met dankbaarheid voor de Alblasserdamse gastvrijheid overkwam. Vandaag herdenken we ook Salomon, Jacobus en Schoontje Broekhuijsen.

Vrijheid is kwetsbaar en niet vanzelfsprekend. Vrede wordt bezegeld met een handdruk. Mag ik u tot besluit vragen de mensen om u heen de hand te schudden. Geef vrijheid door! Van generatie op generatie; van mens tot mens! Laten wij naar elkaar omzien in Vrede.

 

Deel dit bericht via...